Peugeot start een elektrisch offensief
Peugeot start een elektrisch offensief: ondertekening van een intentieverklaring met Veolia en Greenwheels op de Autosalon te Brussel
Op de Autosalon te Brussel heeft Peugeot een intentieverklaring ondertekend met Veolia en Greenwheels, twee Europese ondernemingen, voor de aanschaf en inzet van elektrisch aangedreven auto’s en de ontwikkeling van mobiliteitsservices.
Bovendien is er een samenwerkingsovereenkomst gesloten met de Europese EVA (Electric Vehicles for Advanced Cities), een consortium dat meer dan 20 Europese steden, de autofabrikanten en de elektriciteitsbedrijven in de verschillende landen vertegenwoordigt, alsmede de belangrijkste onderzoeksinstituten op dit gebied.
Peugeot was in 2009 de belangrijkste Franse autofabrikant van de wereld en heeft al jaren ervaring met elektrisch aangedreven auto’s. Het merk kiest voor het ondertekenen van deze overeenkomsten bewust voor Brussel, als de hoofdstad van de Europese Unie. Op dit moment zijn er al meer dan 2.000 reserveringen binnen voor de Peugeot i0n, de elektrische auto die het merk in oktober 2010 op de markt zal brengen.
Met deze intentieverklaringen laat Peugeot zien dat het een vooraanstaande rol wil spelen op het gebied van mobiliteit en een substantieel deel van de markt voor elektrische auto’s wil veroveren.
De verwachting is dat elektrische auto’s tegen 2015 zo’n 1,5 tot 3 % van de Europese personenautoverkopen zal uitmaken.
DRIE BELANGRIJKE EUROPESE SPELERS BINNEN VERSCHILLENDE SECTOREN
De overeenkomsten werden door Jean-Marc Gales, algemeen directeur van Automobiles Peugeot, gesloten met de verschillende vertegenwoordigers van Veolia (France), Greenwheels (Nederland) en de EVA.
Deze spelers opereren op verschillende markten en laten daarmee de veelzijdige gebruiksmogelijkheden en de brede inzetbaarheid van de elektrische auto goed zien.
De samenwerking met Veolia omvat:
– de levering van de Peugeot i0n voor de inzet bij Autolib, een Franse aanbieder van deelauto’s
– gezamenlijke studie voor het verbeteren van de laadmogelijkheden van elektrische auto’s.
Cyrille du Peloux, algemeen directeur van VEOLIA Transport, wereldleider op het gebied van personenvervoer en medeondertekenaar van de LOI verklaarde: “de samenwerking met Peugeot versterkt onze mogelijkheden om via Autolib een sterk en innovatief programma te bieden. Dit past geheel binnen het streven om de activiteiten van Veolia op het gebied van elektrische auto’s en duurzame mobiliteit verder te ontwikkelen.”
De samenwerking met Greenwheels en de inzet binnen de EVA is een voortzetting van de al bestaande relatie tussen Greenwheels en Peugeot. Het merk heeft in de afgelopen jaren al meer dan 1.000 auto’s aan het Nederlandse Greenwheels geleverd.
De ontwikkeling van elektrische mobiliteit en de uitdaging om vernieuwende mobiliteitsdiensten aan te bieden, hebben Greenwheels doen besluiten om een beroep te doen op de expertise van Peugeot en de Peugeot i0n in te gaan zetten als deelauto. Daarvoor zullen op korte termijn enkele honderden auto’s in Nederland (de bakermat van Greenwheels) ingezet worden. Later zullen er ook auto’s in Duitsland en Groot-Brittannië ingezet worden.
Gijs Van Lookeren Campagne, één van de oprichters van Greenwheels, de specialist op het gebied van deelauto’s, tekende namens Greenwheels. Hij licht toe: “Peugeot en Greenwheels hebben een akkoord gesloten wat Greenwheels in staat stelt om elektrische auto’s aan te bieden, in dit geval de Peugeot i0n. Beide bedrijven werken samen binnen het Consortium Electric Vehicles for Advanced Cities (EVA) waarin momenteel 23 Europese steden zijn vertegenwoordigd. Greenwheels biedt een unieke mobiliteitsservice met een gevarieerd aanbod aan deelauto’s en mogelijkheden voor openbaar vervoer. De Peugeot i0n vormt een uitstekende aanvulling op dit programma….”
“Peugeot is de komende maanden intensief bezig met het ontwikkelen van haar B-to-B activiteiten, ook daar is een sterk groeiende markt voor elektrische auto’s en wij willen de Peugeot i0n tot één van de belangrijkste spelers in deze markt maken.” aldus Jean-Marc Gales.
Breukelen, 13 januari 2010